Helaas gebeurd het regelmatig dat bij een belastingcontrole b.t.w. op kosten en investeringen niet in aftrek kan worden gebracht, omdat de factuur niet juist is. Onderstaande uitspraak bewijst maar weer eens dat het echt nodig is om daar op te letten.
Wet op de omzetbelasting 1968 (BWBR0002629, 15 + 35a)
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de voorbelasting niet
aftrekbaar is, omdat de factuur niet voldoet aan de gestelde voorwaarden. De
factuur vermeldt namelijk niet de volledige naam en het volledige adres van de
ondernemer en de afnemer.
A houdt de aandelen in belanghebbende, X bv. Naast de
aandelen in X bv exploiteert A ook een eenmanszaak (Z). Begin 2008 koopt X een
Ford Transit en hij ruilt hierbij een Ford Focus in. De Focus behoorde tot het
bedrijfsvermogen van Z. De nota met betrekking tot deze aankoop staat op naam
van ‘Directie van Z Firma’. Medio 2008 wordt de auto op naam van X bv gezet. X
bv brengt de voorbelasting op de auto in aftrek. Naar aanleiding van een
boekenonderzoek legt de inspecteur een btw-naheffingsaanslag op aan X bv.
Hierbij wordt de afgetrokken voorbelasting in verband met de aanschaf van de
Transit gecorrigeerd, en verder ook de voorbelasting in verband met de huur van
een loods.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de voorbelasting niet
aftrekbaar is, omdat de factuur niet voldoet aan de gestelde voorwaarden.
Volgens de rechtbank moet de factuur namelijk de volledige naam en het
volledige adres van de ondernemer en zijn afnemer vermelden. Nu de factuur op
naam van ‘Directie van Z Firma’ is gesteld, is de btw niet aftrekbaar voor X
bv. Ten aanzien van de voorbelasting van de loods overweegt de rechtbank dat
deze ook niet aftrekbaar is. De rechtbank wijst er hierbij op dat een factuur
ontbreekt, dat er geen huurovereenkomst is en dat niet is geopteerd voor
belaste verhuur. Verder maakt X bv ook niet aannemelijk dat zij de huurder is
van de loods. De naheffingsaanslag blijft in stand.